zondag 9 december 2018

Uitverkocht Kieran Goss & Annie Kinsella in de Witte Kerk 1 febbruari 2019


Kieran Goss is één van Ierlands meest geliefde performers. Zijn songs werden al opgenomen door o.a. Mary Black en onze eigen Ilse Delange. Op zijn meest recente tours werd hij vergezeld door zangeres/artieste Annie Kinsella. Samen hebben ze hun publiek betoverd met hun optredens en ze ontvingen zeer lovende kritieken.

Deze live shows inspireerde hen tot het nieuwe duo album “Oh, the Starlings”, dat in januari 2019 wordt uitgebracht. Deze release valt samen met een aantal optredens in Nederland, als onderdeel van een Europese tour.

Wij zijn er trots op dat Kieran Goss en Annie Kinsella komen optreden in de Witte Kerk, want met hun liedjes en verhalen weten ze het publiek te ontroeren.  En waar kan dat beter dan in de sfeervolle Witte Kerk?

Kieran's website: www.kierangoss.com

Het concert is uitverkocht...
Datum: 1 februari 2019
Aanvang: 20.00 uur

donderdag 6 december 2018

Schrijfcafé in de Witte Kerk

Het laatste Schrijfcafé in 2018 op maandag 10 december!

Een schrijfcafé is een plek waar je schrijft vanuit je hart.
Je hoeft niet goed in taal te zijn, het gaat er niet om dat je een boek gaat schrijven of een gedichtenbundel. Het gaat erom je hart te laten spreken. Er is zoveel in ons aan gedachten, aan wijsheid, maar als dat er niet uit komt lijkt het wel of het niet bestaat.
Door middel van allerlei korte opdrachten en werkwijzen komen er de prachtigste verhalen en gedachten op papier. Ze zijn alleen voor jezelf, maar als je wilt mag je er ook van delen.
Zelf vond ik het een ervaring hoe het ging stromen en werd ik verrast wat er zomaar op het papier kwam, woorden en gedachten die er niet stonden als ik ze niet had geschreven.

Iedereen is welkom. Van tevoren opgeven is wel gewenst.
Je kunt één keer komen, altijd of af en toe: het is een open café, op een speciale plek in het hart van ons dorp: in de Witte Kerk van Noordwijkerhout.
Wanneer: elke tweede maandag van de maand van 9.30 tot 11.30 uur
Prijs: €10,- per keer, dat is inclusief koffie of thee.
De opbrengst  komt geheel ten goede aan ‘de Stichting Vrienden van de Witte Kerk’
Het schrijfcafé is onder leiding van Nel Hogervorst-van Kampen nelhogervorstvankampen@hotmail.com of telefoon 0252-373719

donderdag 29 november 2018

Uitverkocht! Carel Kraayenhof & Juan Pablo Dobal met ‘Tiempo loco – Dwaze tijd’ in de Witte Kerk te Noordwijkerhout

De Witte Kerk biedt op donderdag 28 februari 2019 onderdak aan een bijzonder duo: bandoneonist Carel Kraayenhof en pianist Juan Pablo Dobal. Zij spelen de voorstelling ‘Tiempo Loco’.

De Argentijn zegt: “Laat ons vandaag leven, morgen hebben we tijd om uit te rusten en onze belastingen te betalen”.
De Afrikaan zegt: “Jullie hebben de horloges, wij hebben de tijd”.
De Noord-Europeaan zegt: “We hebben geen tijd te verliezen, want vandaag is morgen al gisteren”.


Carel en Juan Pablo spelen met de tijd en nemen je mee naar gisteren, vandaag en morgen. Neem de tijd om een avond lang te onthaasten en weg te dromen bij de klanken van deze muziek, die zijn oorsprong vindt in Argentijnse, Afrikaanse en Europese harmonieën en ritmes. Carel en Juan Pablo blijven altijd op zoek naar nieuwe klanken door deze voortdurend te combineren. Hun composities reflecteren de dwaze tijd waarin wij leven, waarbij we nauwelijks tijd voor elkaar en onszelf lijken te hebben en waarin ook het klimaat en het weer (‘tiempo’) snel veranderen. Carel en Juan Pablo laten zich inspireren door deze thema’s in ‘Tiempo loco’.

Kom op deze donkere winteravond naar de Witte Kerk en laat je hart verwarmen door deze muzikanten!

Het concert is uitverkocht!
Datum: donderdag 28 februari 2019
Aanvang: 20.00 uur
Prijs kaartje: €20 inclusief pauzedrankje

woensdag 28 november 2018

Anja de Klerk – naaimachientjes en inktpotten

Terugblik tentoonstelling “Ode aan de verzamelaar!”

Naaimachientjes
Mijn schoonmoeder, geboren in 1912, was in het bezit van een Singer trapnaaimachine, met ijzeren onderstel. Mijn man kan zich nog goed herinneren, dat hij als kind uren zat te kijken hoe zijn moeder kleding aan het maken of repareren was.

Later kocht zij een elektrische machine en verdween het nostalgische apparaat naar de zolder. Nog weer later mochten wij hem meenemen naar ons eigen huis. In diezelfde periode kreeg ik van een kind uit mijn klas een echte, originele letterbak uit hun drukkerij. Waar zou ik die ophangen? En vooral: wat zou ik erin gaan zetten? Ineens viel toen het kwartje; boven de oude Singer naaimachine zou de letterbak prachtig staan. Van mijn moeder ‘bietste’ ik een klein koperen machientje uit haar miniaturenverzameling. En zo is het begonnen!



Bovenin deze kast staan machientjes van allerlei materialen: delfts blauw, koper, tin, aardewerk, hout, zilver, plastic. Ze komen van dichtbij in het eigen dorp tot veraf: uit Limoges in Frankrijk, uit Delft, uit Volendam, uit Engeland, van rommelmarkten en snuffelwinkeltjes tot speelgoed-zaken aan toe. Ik heb twee kaarsjes in de vorm van een naaimachine, een gum, een puntenslijper en verschillende kleintjes uit een poppenhuis. Naar beneden toe staan de iets grotere exemplaren. Van mijn zus kreeg ik een ansichtkaart uit Hoorn met natuurlijk ….. een ouderwetse naaimachine erop, van bakeliet ditmaal.


Verschillende machientjes kregen we cadeau, maar we hebben er ook veel zelf gekocht. In elk snuffelwinkeltje kijken we rond in de hoop een nieuw exemplaar te vinden. We zoeken onder andere nog naar een exem-plaar van glas. Of die bestaat? Wij hopen van wel.


Inktpotten
Meer dan een halve eeuw geleden ging ik naar de eerste klas van de lagere school. Spannend, ik ging leren lezen en schrijven! De eerste maanden gebeurde dat schrijven met potlood. Na verloop van tijd kreeg iedereen in de klas een gekleurde houder voor een kroontjespen. Wat was ik blij en trots! Voorzichtig werd het pennetje erin geschoven. In de schoolbank was bovenin een gleuf uitgespaard om pen, potlood en gum in te leggen. Ernaast zat een gat, waarin precies een glazen inktpotje paste. De juf had het potje gevuld met inkt, vanaf die dag schreven we met pen en inkt. Ik heb dat altijd geweldig gevonden.



Vijftien jaar later vond ik mezelf terug als juf in de tweede klas, waar ik de kinderen uitlegde tot hoever de pen in het inktpotje gestoken mocht worden, hoe je de inktlap ging gebruiken, hoe je een dunne ophaal en een dikkere letter kon maken. Nu mocht ik zelf aan jonge kinderen de liefde voor het schrijven bijbrengen! En ik mocht zelf de inktpotjes vullen…

Op een dag was de grote inktfles helemaal leeggeschonken. Ik nam hem mee naar huis. Ik kreeg eens van iemand een inktpotje. Ik zag op een rommelmarkt een inktpotje in een grappige vorm. En voor je het weet, ben je een verzamelaar van inktpotjes geworden. Nooit geweten dat er zoveel verschillende modellen bestaan.



Ik ben nog op zoek naar potjes van tin, koper en zilver. Ik hoop dat er iemand is die nog een potje op zolder of in de kast heeft staan…


Tekst: Anja de Klerk & foto’s: Ans Geerlings

maandag 26 november 2018

Cora en Eef Vliet Vlieland – zeeppoeders en scheerspullen

Terugblik tentoonstelling “Ode aan de verzamelaar!”
Zeeppoeders
Al heel lang verzamel ik oude pakjes zeeppoeder. Ze moeten gaaf zijn, Nederlands fabrikant en vooral ‘nieuw’ zijn. Ik ben gek op oude kruidenierswinkeltjes die we graag bezoeken. Al die oude verpakkingen, vaak zo grappig en mooi. Ik ben er verliefd op.

Het begon met het traditionele pakje Persil. Al heel snel ontdekte ik dat er heel veel soorten zeeppoeder bestaan. De kreten erop, waarop vooral wordt verteld hoe wit de was wel niet zal worden en hoe schoon! Ik ben er gek op.



Dan die prijzen van toen! Ik ben ook zeer verbaasd dat er nog zoveel pakjes in omloop zijn. Die hebben de oorlog doorstaan, waarin zo gebrek was aan alles. Het pakje Omo heb ik nog niet zo lang. Ik heb er lang naar gezocht, want mijn Oma had altijd Omo. Voor mij zijn dat bevestigingen van een vroeger tijdperk.


Intussen heb ik ruim 50 Nederlandse pakjes en ik ben nog steeds niet volledig. Zo heeft Castella heel veel kleuren pakjes en geven fabrieken hetzelfde merk in een andere verpakking uit. Uiteraard heb ik ook diverse pakjes stijfsel en harde blokken zeep, een zeepklopper, water-bevochteraar voor de strijk, wasmachineverf en de Imi en andere schuurmiddelen kunnen niet ontbreken.


Scheerspullen
Wij zijn beiden erg enthousiast geraakt van het verzamelen van oud verpakkingsmateriaal van winkel-artikelen. Daarom vinden we het ook heel erg leuk om door Nederland te trekken, en overal oude winkeltjes, musea en dergelijke te bezoeken. We vergapen ons aan oud verpakkingsmateriaal.
Als je eenmaal verzamelaar bent, en dat virus hebben we beiden, kom je nog eens ergens en zie je nog eens wat. Zo kwamen we in een antiekwinkeltje en zagen we vele scheerkommetjes met nummertjes erop. Je had vroeger bij de kapper namelijk je eigen scheerkom. Wij kochten er één (spijt als haren op ons hoofd) en kozen nummer 11, omdat wij uit de carnaval wereld komen. Dat is nou de ellende met verzamelaars, ze kunnen niet ophouden. Er kwam snel een mes, diverse scheerapparaten, originele verpakkingen scheermesjes, blikjes scheerstaven, scheer-spiegels, kwasten enz. enz. We vinden het niet leuk om via marktplaats wat te kopen. Een enkele keer doen we dat wel, maar de kik is: door Nederland reizen, winkeltjes vinden, lekker snuffelen en dan een vondst doen. 

We vinden het heerlijk om weer iets nieuws te vinden voor onze verzamelingen, maar dat wordt steeds moeilijker. Veel winkeltjes doeken op, en beurzen vinden we niet echt leuk. Voor ons geldt: originele gesloten verpakkingen en Nederlandse artikelen. We hopen nog lang te mogen snuffelen.

Tekst & foto’s: Cora Vliet Vlieland

zondag 25 november 2018

Peter Knijnenburg – bloembolglazen


Terugblik tentoonstelling “Ode aan de verzamelaar!”
Wat kan glas toch ontzettend mooi zijn! Als je de kamer van Peter en Lenie Knijnenburg binnenkomt, sta je gelijk oog in oog met twee vitrinekasten vol glas. In allerlei kleuren, maten en vormen schitteren de bloembolglazen je tegemoet.



Voor wie niet uit de Bollenstreek komt en het fenomeen ‘bloembollenglas’ niet kent: het zijn glazen die aan de bovenkant zo gevormd zijn dat er een bloembol in past.
In het onderste deel wordt water gedaan zodat de bloembol wortels vormt en gaat bloeien. Ze zijn er in verschillende maten: voor sneeuwklokjes, krokussen, hyacinten, amaryllissen en tulpen. Het bloembollenglas stamt al uit de tijd van Marie Antoinette en is bedoeld als siervoorwerp. Er zijn talloze glasfabrieken in de wereld die zich ermee bezighielden en houden. In Nederland zijn dat o.a. Glasfabriek Leerdam en de Kristalunie Maastricht.

Peter vertelt met bezieling over de collectie die hij en zijn vrouw bezitten. De eerste glazen die hij kocht waren eigenlijk bedoeld voor de buurvrouw. Zij had op haar verlanglijstje gezet: bloembolglazen. Toen Peter ze thuis nog eens goed bekeek was hij gelijk verkocht! Hij vond ze prachtig en heeft ze zelf gehouden. De buurvrouw kon naar haar cadeautje fluiten.


Een gedeelte van de collectie staat in de kamer, verdeeld over twee vitrinekasten, waar ze een wisselcollectie neerzetten. De ene keer worden ze op kleur gesorteerd, dan weer op grootte, dan weer op herkomst.


Tussen januari en maart staat de vensterbank vol met glazen, met daarin uiteraard de bloembollen. Hier gebruiken ze B-glazen voor. Dit zijn glazen die ze dubbel hebben, of die niet zo heel mooi zijn. Boven staan nog veel meer bloembolglazen. Peter belicht enkele glazen en laat zien dat ze licht geven. Dat komt omdat er aan het zand dat voor deze glazen gebruikt is, uranium toegevoegd werd. Tegenwoordig is dat niet meer toegestaan. De collectie bloembolglazen is enorm en bevat meer dan 500 glazen uit alle delen van de wereld.



Op de vraag waarom Peter deze verzameling is begonnen zegt hij gelijk: “herkenning”. De familie Knijnenburg had sinds 1900 een gemengd bedrijf in Wassenaar. Later hielden ze zich ook bezig met de bloembollenexport, dat duurde tot eind jaren ’60. Daar kwam Peter in aanraking met de bloembolglazen, maar voor hem was het destijds gewoon handel. Pas toen hij in 1999 die vazen voor de buurvrouw in handen had zag hij de schoonheid ervan in en werd hij overvallen door een gevoel van nostalgie. Dit was het begin van een collectie die zich nog steeds uitbreidt. Inmiddels hebben zijn vrouw en hij veel kennis opgedaan over de herkomst, de merken, de kleuren, de vormen. Deze kennis hebben ze mede opgedaan door de Bloembollenglazenclub waar ze beiden lid van zijn. Op rommelmarkten en niet te vergeten uit inboedels van bejaardenhuizen weten ze vaak pareltjes op te duiken. Dan is hun dag weer goed.



Is er nog een glas dat ze zoeken en waarmee de collectie compleet wordt? Het antwoord hierop luidt: “Het laatste glas heb je nooit!”

Tekst: Janneke Wagenaar & foto’s: Ans Geerlings

zaterdag 24 november 2018

Bep (en Jan) van Parera – beeldjes, speelkaarten en veel meer!

Terugblik tentoonstelling “Ode aan de verzamelaar!”
We kwamen om de verzamelingen van Bep te bekijken, maar we kregen Jan er gratis bij! En dat bedoelen we alleen maar positief. Zonder Jan heeft Bep niks aan haar verzamelingen, hij is de sterke man achter Bep. Jan is afkomstig uit het grote gezin van Parera, dat woonde tegenover de kerk in de Havenstraat. Zijn vader was timmerman, en Jan was dat in zijn werkzame leven ook. Maar eigenlijk dekt het woord timmerman de lading niet, hij is een ware ambachtsman die in zijn vrije uurtjes altijd met hout bezig is. Van een ‘brokkie’ hout maakt hij de mooiste dingen. En: hij maakte voor de verzamelingen van Bep kasten waar ze haar schatten in kwijt kan. Vooral die in de woonkamer, waar de beeldjes in staan, is een staaltje van vakmanschap! Het begon met twee glazen Amsterdamse-School deuren, waar hij een hele vitrinekast omheen heeft gemaakt. Prachtig!

Terug naar Bep en haar verzamelingen. De verzameling speelkaarten ligt en staat in een kast in de hobbykamer. Planken vol. In soorten en maten. In totaal zijn het er 804. Bep laat zien hoe ze heeft uitgerekend hoeveel het er zijn. In haar enthousiasme om over haar hobby te vertellen haalt ze er pakjes kaarten uit die ze laat zien en ze vertelt er over. Het liefst zou ze ze alle 804 laten zien!


Er zijn speelkaarten in allerlei onderwerpen: reclamekaarten, kaarten van landen en steden, sport, sigaretten, en ook pikante kaarten (zoals Jan zegt: blotekont-kaarten). De oudste speelkaarten zijn zo’n 100 jaar oud en heeft ze via haar schoonzus gekregen van iemand die op de Bavo werkte. Zo krijgt ze van menigeen kaarten.

Het begon bij Bep bij het eerste spel kaarten dat ze kocht in Wenen begin jaren ‘80. Ze kocht ze omdat ze ook op vakantie graag kaart, maar later zag ze pas hoe mooi de plaatjes waren die erop stonden. Het mooiste spel kaarten dat ze heeft is ‘Million’ van Paco Rabanne, waar een flesje parfum bij zit.


Er zijn ook ovale kaarten, die in een soort brillenkoker zitten. Bep valt vooral op de afbeeldingen die op de kaarten staan. Ze vindt alles mooi want zoals ze zegt: elk spel heeft zijn eigen verhaaltje.
We kunnen ons maar moeilijk losrukken uit deze collectie en gaan naar de woonkamer, waar de prachtige kast van Jan staat helemaal vol met beeldjes. Er staan maar liefst 506 beeldjes, en de overeenkomst tussen deze beeldjes is dat ze allemaal iets op hun hoofd hebben!

Hoedjes, mutsjes, petjes, een hoge hoed. Er zijn beeldjes met muziekinstrumenten en met dieren, er staan nonnetjes, zeemannetjes, stelletjes, je kunt het zo gek niet bedenken.

Het is ooit begonnen met een houthakkertje dat ze in het Beierse Woud kocht. Daarna was ze niet te stoppen! Ze koopt ze op rommelmarkten en tijdens de vakanties die ze ondernemen. Bij de Mennonieten kocht ze twee figuurtjes van brooddeeg. Wat is het criterium om iets aan te schaffen? Het belangrijkste is het gezichtje, dat moet lief zijn, en verder moeten ze een hoedje op hebben. Waarom eigenlijk? Jan antwoordt: anders wordt het een zooitje! Met andere woorden dat je wel een beperking moet inbouwen in zo’n verzameling, anders wordt het teveel…

Vlak voordat we weggaan, en nadat we nog alle kunst-werken die Jan heeft gemaakt hebben bewonderd wil Bep ook eigenlijk nog even haar verzameling sigarenbandjes laten zien, die ze van jongs af aan heeft opgebouwd. Maar dit moeten we maar voor een volgende keer bewaren. Naar 1 ding was ik wel benieuwd: waarom sigarenbandjes? Dan zegt Bep: omdat ik vroeger niet las maar wel gek was op plaatjes en wat wilde doen. En waarschijnlijk is dit de overeenkomst tussen de verzamelingen van Bep: de plaatjes, het beeld…

Tekst: Janneke Wagenaar & foto’s: Ans Geerlings

vrijdag 23 november 2018

Janneke Wagenaar – handwerken


Terugblik tentoonstelling “Ode aan de verzamelaar!”
Van jongs af aan was al ik aan het prutsen met naald en draad. En met een schaar… met soms noodlottige gevolgen. Ik herinner me dat ik als meisje van een jaar of zes een lapje stof aan het knippen was (mijn moeder deed even een boodschap) en dat ik pardoes in mijn geruite plooirokje knipte. Paniek!

Als mijn moeder kleren naaide, maakte ik van het restje stof kleren voor mijn poppen. Eerst voor hele kleine popjes die je per 6 tegelijk kocht, samen onder een elastiekje op een kartonnetje. Wat later voor mijn Barbie en voor Skipper. Bh’tjes, bruidsjurkjes, rokjes… Ook breien vond ik heerlijk.

De lessen handwerken op de lagere school waren zeer aan mij besteed! Ook heb ik naaien geleerd van mijn moeder en van mijn oma. Oma kwam één keer in het jaar ‘steekjes doen’. Dan herstelde ze kleding, en maakte ook kleding voor ons allemaal. Mijn moeder maakte kleding voor zichzelf, mijn broertje en zusje. Eigenlijk stond de naai-machine altijd op tafel.



Toen ik veertien was, en voor het eerst naar een feestje op school ging, heeft mijn moeder zich het zweet in de handen gebreid op een mini-jurk. Donkerblauw, met een wit pasje en twee blauwe bandjes over de schouders. Pennen nummer twee, dus je snapt dat het een hele klus was. Ze was nog maar net op tijd klaar voor het feestje. Eén keer aangehad, en daarna nooit meer. Wat jammer dat ik het niet bewaard heb.



Ik heb wat kleding genaaid en gebreid in mijn leven. Eerst voor mezelf, later voor mijn dochter. Maar zoals dat gaat: op een gegeven moment kreeg ik het te druk om nog wat te doen.


Wat ik vroeger heerlijk vond was om een boodschap te doen in een fourniturenwinkel. Kantjes, bandjes, garen, knopen, ritsen… geweldig vond en vind ik dat!


In de loop van mijn leven heb ik wat naaidozen geërfd van deze en gene: een oude tante, mijn moeder, mijn schoonmoeder… en alles met een geweldige inhoud die mij zo weer doet denken aan vroeger, aan mijn liefde voor handwerken en voor fourniturenzaken.


Af en toe kijk ik in deze naaidozen, naar de erfenis uit een ver verleden. Drukknopen, jarretels, stopwol, je kunt het zo gek niet bedenken of ik heb het in huis. Ik koester het, want in die dozen zit de herinnering aan vroeger, aan mijn moeder, mijn oma, en aan hoe ik was.


Tekst & foto’s: Janneke Wagenaar

donderdag 22 november 2018

Mira Muller – barbies

Terugblik tentoonstelling “Ode aan de verzamelaar!”
Als je Mira ziet moet je vanzelf glimlachen. Ze ziet er niet uit als iemand van 88 (en dat is ze echt!) en kleedt zich altijd even fantasie- en smaakvol. Zoals een knalgele jas, gele nagellak en bijbehorende accessoires, mooie schoenen en als grapje een plastic vlieg op haar rug. Hoe vaak ze niet op haar rug is gemept door iemand die de vlieg wilde doodslaan is niet meer te tellen. Je zou haar uitstraling als ‘flamboyant’ en ‘extravagant’ kunnen omschrijven.

Heel veel van haar kleding maakt ze zelf. Dit doet ze al van kind af aan. Als jong meisje, woonachtig in Surabaya in het toenmalige Nederlands-Indië, kreeg ze altijd afdankertjes. Dit vond ze natuurlijk vreselijk en op een dag kreeg ze van haar moeder een lap stof met de mededeling: maak hier maar een jurk van. Ze was 10 jaar oud, had nog nooit genaaid maar vanaf die dag is dat haar passie. Kleding maken. Maar dan niet domweg van een patroon iets namaken, maar aan het patroon een eigen ‘twist’ geven.


In de oorlogsjaren naaide ze kleding voor anderen, daar verdiende ze dan iets mee. Na de oorlog gingen Mira en haar ouders als verlofgangers terug naar Nederland, waar ze uiteindelijk in Den Haag gingen wonen. Na haar huwelijk kwam ze in Noordwijkerhout terecht.

Wat is nu de connectie met de collectie Barbies? Dat kwam zo: op een dag zag ze in het fietsenhok wat barbies van haar dochters liggen. Toen ze zag hoe leuk de kleertjes waren heeft ze ze meegenomen. Dit was het begin van de verzameling. Op de vraag: waarom ben je Barbies gaan verzamelen is dan ook haar antwoord: de mode! Barbies zijn echte modepoppen en er werd altijd heel veel aandacht besteed aan de kleding.

Er worden zelfs geregeld modeontwerpers benaderd om kleding voor de Barbie te ontwerpen. Dus voor Mira is dit geweldig! Maar ze koopt ook rustig de wat goedkopere exemplaren om ze zelf aan te kleden, hier kan ze haar creativiteit en fantasie in kwijt.

Op de planken in haar woonkamer staat een enorme diversiteit aan Barbies. Barbies die nog in dozen zitten, een serie poppen in klederdracht uit de hele wereld, een leuke Barbie uit de jaren ’70 met het ‘peace-teken’, je kunt het zo gek niet bedenken. Het belangrijkste criterium voor de verzameling is: ze moeten er mooi en modebewust uitzien. Helaas is ze nu niet meer in de gelegenheid om zoals vroeger naar De Bijenkorf of Blokker te gaan en daar de nieuwste Barbie in mooie kleding aan te schaffen. Maar gelukkig is er de kringloopwinkel, waar ze nog wel eens een Barbie vindt dieze dan weer leuk kan aankleden. Je zou kunnen zeggen dat Mira nooit is uitgespeeld.




Tekst: Janneke Wagenaar & foto’s: Ans Geerlings